donderdag 10 maart 2011

Harm Beertema: BON of BONhomme?

Op 17 februari jongstleden stond er een zeer lezenswaardig pleidooi tegen passend onderwijs in de NRC.

In het artikel, dat hier in zijn geheel te lezen is (© NRC Handelsblad), staat onder meer de vrij forse stellingname: "'Passend onderwijs' is een misleidend begrip. Het suggereert onderwijs dat 'past', maar komt in werkelijkheid neer op de totale afbraak van het speciaal onderwijs". Even verder stelt de schrijfster van dit artikel: "De bezuiniging (....) leidt tot nog slechter onderwijs, voor alle leerlingen. terwijl de klassen al te groot zijn en het aantal probleemkinderen toeneemt, wil het kabinet het speciaal onderwijs voor zorgleerlingen op den duur afschaffen. (....) het is de zoveelste onderwijsvernieuwing die een vernieling zal blijken te zijn.".
Uiteindelijk eindigt auteur Jeanet Meijs met: "Ook het speciaal onderwijs moet goed worden gestructureerd. We moeten vooral investeren in goed opgeleide leerkrachten. Dat geld verdient zich terug.".

Het moge duidelijk zijn dat in dit artikel enerzijds de huidige wijze waarop "passend onderwijs" in Nederland gestalte gaat krijgen wordt bekritiseerd en er anderzijds een lans wordt gebroken voor goed speciaal onderwijs.
Dit omdat "passend onderwijs" volgens de auteur niet mogelijk is, zolang Nederland niet rigoureus wil investeren in onderwijs met kleinere klassen, gespecialiseerde en hoog opgeleide leerkrachten, enzovoorts.

Persoonlijk kan ik mij wel vinden in dit verhaal. "Passend onderwijs" zoals we dat bijvoorbeeld zien in (onderwijsgidsland) Finland is gebaseerd op de veronderstelling dat men heel veel moet investeren in onderwijs voor iedereen, ook de leerlingen die extra begeleiding nodig hebben, voordat er een vruchtbaar onderwijsklimaat is waarbinnen onderwijs "passend" kan worden.
"Passend" in een meest ideale onderwijssetting, dus kleine klassen, specialistische hulp ín de klas voor leerlingen met een beperking of een gespecialiseerde klas naast de reguliere klas, meerdere leerkrachten op een groep (ook regulier).
In Nederland blijven de investeringen veel te veel achter om dit soort onderwijs echt mogelijk te maken.
En sterker, men gaat nu dan ook nog eens bezuinigen op de specialisten, de expertise in het speciaal onderwijs en de ambulante begeleiding die het onderwijs voor een leerling met een beperking "passend" kan maken binnen een reguliere omgeving.
Wat dat betreft is dit artikel duidelijk, herkenbaar en op zijn minst een zeer interessant discussiestuk als het gaat om de invulling van het begrip "passend onderwijs".
Daarbij, nogmaals, is het een duidelijke aanklacht wat betreft de door ons mede-verfoeide bezuinigingen.

Maar er is nog iets bijzonders aan de hand met dit artikel. Iets wat de aandacht er voor op dit blog nog meer rechtvaardigt.

De schrijfster van dit artikel, Jeanet Weijs zit in het bestuur van de vereniging BON, Beter Onderwijs Nederland.
Deze vereniging, opgericht door filosoof Ad Verbrugge, stelt zich tot doel om het huidige Nederlandse onderwijs kritisch onder de loep te nemen.
De door Jeanet Meijs gebruikte argumentatie en uitgangspunten zijn sinds jaar en dag gebed in het gedachtengoed van deze vereniging.
En dat is een saillant detail.
Waarom?

Wij van wijzijnverbijsterd hebben al meerdere malen gewezen op het feit dat de PVV angstvallig op de achtergrond bleef met betrekking tot de bezuinigingen op het "passend onderwijs".
Natuurlijk blijkt uit het partijprogramma dat men niet zo veel moet hebben van bijvoorbeeld "rugzakjes".
En even mocht Machiel, met sik, hierover wat roepen, met name omdat Eelco en Loek dat ook deden. Dat hij hierbij als domste jongetje van de klas optrad, daar zullen we voor deze keer over zwijgen.
Want er is namelijk iets anders aan de hand wat ons nog meer bevreemdt.

Ook de PVV heeft namelijk een "woordvoerder onderwijs".
Maar in tegenstelling tot VVD-collega Ton met de bon ton die als een olifant over de allerzwaksten heen dendert iedereen en alles schofferend, zien of horen wij deze woordvoerder nooit over deze bezuinigingen.
Natuurlijk weten we dat een PVV-er niet voor zijn beurt mag spreken zonder dat Geert hem ingefluisterd heeft.
Maar omdat de bezuinigingen op het passend onderwijs, daadwerkelijk bezuinigingen op het speciaal onderwijs zijn, hadden we wel iets van Harm mogen verwachten.
Harm, zo heet hij, de zwijgzame woordvoerder onderwijs van de PVV, Harm Beertema.
Waarom hadden we wel iets van Harm verwacht?

Ten eerste omdat het partijprogramma van de PVV nadrukkelijk stelt: "Er moet geinvesteerd worden in het speciaal onderwijs, waar kinderen de professionele hulp krijgen die zij nodig hebben".
Duidelijker dan dat is een stellingname tegen de huidige bezuinigingen natuurlijk niet te verwoorden, maar we weten dat de PVV nog wel eens een stevige stellingname even stevig weer vergeet.
Maar er is ook nog een tweede reden waarom we wel iets van Harm Beertema hadden verwacht.
Harm is namelijk mede-oprichter van de vereniging Beter Onderwijs Nederland en is tot zijn aantreden als kamerlid ook bestuurslid van deze vereniging geweest (tot juni 2010).
Hij is dus een fervent aanhanger, of wellicht zelfs initiator van de ideeën die Jeanet Meijs in haar artikel tentoonspreidt.
Daarbij heeft Ad Verbrugge, u weet wel, die andere oprichter, al aangegeven dat wat hem betreft de uitgangspunten van de PVV op het gebied van onderwijs zeer fijn aansluiten bij die van BON.

Maar, hoor ik u nu al denken, hoe kan dat dan?
BON en de PVV vinden elkaar dus in de gedachte dat op speciaal onderwijs niet bezuinigd mag worden, sterker: er zou juist flink in moeten worden geïnvesteerd.
Daarbij is ook nog eens één van de initiatiefnemers en bedenkers van dat BsON (Red.: zelf bedacht,"beter speciaal onderwijs") ook nog eens de woordvoerder van de PVV.
Hoe kan het dan dat Harm tijdens de debatten de minister bemoedigend toeknikte toen zij de voorstellen deed, die uiteindelijk rampzalig uitpakken voor juist het speciaal onderwijs dat hij zo hoog acht?
Waarom is hij niet opgestaan en heeft hij niet met verve de standpunten van BON én de PVV uiteengezet en uitgelegd dat hij met deze bezuinigingen zijn principes in de uitverkoop zou gooien als hij vóór zou stemmen.
Waarom heeft hij Fons Dingelstad, die andere filosoof (ik begin me langzaam te schamen voor het feit dat ik er zelf een ben) niet voor de voeten geworpen dat zijn kompaan, filosoof Verbrugge, dit soort plannetjes juist verafschuwt en zegt: "Het wordt tijd om te beseffen dat we door te sollen met ons onderwijs onze welvaart en die van onze kinderen ernstig in gevaar brengen. Ons onderwijs is aan een mate van inflatie onderhevig die op termijn ook economisch niet zonder gevolgen zal blijven. De zogenoemde kenniseconomie kan alleen worden gerealiseerd door middel van uitstekend onderwijs op alle niveaus." (Bron: Artikel NRC Handelsblad)

Kom op Harm, hoe zit dat nou? Stelde je immers bij je afscheid als bestuurslid van BON niet dat het je doel was om "de macht van de onderwijselite terug te leiden naar waar die hoort: bij de ouders, de leerlingen en studenten en de leraren en docenten. Dat is een taaie strijd die niet gewonnen kan worden door de gevestigde politieke partijen, omdat die te veel zijn ingebed in het traditionele middenveld. Dat wordt nu eenmaal gekarakteriseerd door coöptatie, cliëntelisme en vriendjespolitiek".
Of ben je dat alweer vergeten, het pluche onder de billen ruikend?

Hoe was het ook al weer? "Gekarakteriseerd door coöptatie, cliëntelisme en vriendjespolitiek"?

Is dat hetzelfde als "plots zonder principes"?

Harm ….. Harm?

2 opmerkingen:

  1. Het sterkt mij in ieder geval in de gedachte dat wezenlijke veranderingen in het Nederlandse onderwijsbeleid niet moeten komen van de politieke partijen, die ofwel last hebben van hun ideologie, of kilo's boter op het hoofd hebben, of politiek gebonden zijn aan 'bevriende' partijen. Veranderingen in wat ons onderwijs voorstelt zullen afgedwongen moeten worden door die partijen aan wie dat onderwijs 'teruggegeven' zou moeten worden: ouders en leerlingen voorop, in hechte samenwerking met de leraren die het echte werk verzetten.

    Laat BON nu net zo'n a-politieke vereniging zijn voor leraren, ouders en leerlingen, die het benoemen van de problemen niet schuwt en vrijuit spreekt over zin en onzin van het Nederlandse onderwijsbeleid - ongeacht de politieke kleur van bewindspersonen of Kamerleden.

    BeantwoordenVerwijderen