woensdag 18 januari 2012

Ferremans, een verhaal over een echt kind

Dan maar weer een verhaal over degenen waar het eigenlijk over gaat. Voor Ton, Marja en Kathleen: KINDEREN. Dat zijn kleine, onvolwassen en onzelfstandige mensen.

Mensen ook, die een handicap hebben. Een zodanige handicap, dat ze levenslang zijn aangewezen op onze steun, begeleiding, verzorging EN ONDERWIJS.
Ja, het klopt. Deze neoliberale bende bezuinigt juist op deze groep het grootste bedrag dat ooit op onderwijs is bezuinigd.

"Je kan de kwaliteit van de maatschappij aflezen aan de zorg voor de minstbedeelden". Die wil ik graag ombouwen naar
"Je kan de kwaliteit van de mensen in de regering aflezen aan de kwaliteit van de zorg en het onderwijs voor de minst bedeelden".

DE MINST BEDEELDEN, JA.... kinderen met laag niveau, weinig cognitieve mogelijkheden, lage zelfredzaamheid, noem maar op.

FERREMANS

Een vader vertelt....

Ferry ziet zichzelf als het middelpunt van de wereld en vindt het heel normaal …
… dat hij zes limonadeflessen leeggooit
… dat hij zijn poep smeert op de muren
… dat hij met zijn vingervlugge vermogen alles kapot maakt
… dat hij alle patat opeet die je hem geeft, zelfs als dit tien borden zouden zijn
… dat zijn vader hem knuffelt

Ferry’s vader vindt het wel eens moeilijk om met het gedrag van zijn zoon om te gaan. Hij beseft dat zijn zoon nooit een normaal leven zal leiden en zal kunnen genieten van heel veel mooie dingen in het leven. Hij ziet echter ook dat er vooruitgang geboekt is en dat er nog vooruitgang geboekt kan worden. Met hulp. Hulp van mensen die Ferry snappen. Hulp van mensen die kunnen omgaan met Ferry. Hulp van mensen die het beste met Ferry voorhebben. Hulp vanuit het Speciaal Onderwijs. Ferry’s vader is blij met die hulp. Dolblij. Hij wil het beste voor zijn kind. Waarom? Omdat hij van zijn zoon houdt.

Geboorte
Na een moeizame bevalling waarbij we met negen centimeter ontsluiting alsnog naar het ziekenhuis moesten, werd Ferry op 1 oktober 1996 geboren met een mooi ‘toeterhoofd’ door de vacuümpomp. Eenmaal ter wereld was Ferry een knappe baby die ’s nachts meer dan gemiddeld huilde. Eigenlijk heeft hij zijn hele leven nooit langer dan een paar uur geslapen om vervolgens weer ‘fris en fruitig’ wakker te worden. Dat wakker worden ging altijd gepaard met ‘verfrissende’ huilbuien.

Medische circuit
Omdat Ferry in zijn ontwikkeling duidelijk achterbleef, kwam hij al snel in het medische circuit terecht. Op zijn tweede jaar werd een autistische stoornis geconstateerd. De medische wereld had zijn werk gedaan. Het etiketje was geplakt en nu was het aan ons om er een invulling aan te geven. Alle knappe koppen in het ziekenhuis ten spijt, de hulp was voorbij en we stonden er alleen voor.

Naar school
Wat een geluk dat we Ferry op het medisch kinderdagverblijf konden plaatsen. Daar werken geen dokters of geleerde mensen maar wel mensen die ervaring hebben met kleine peuters die anders zijn dan anderen. Na een paar jaar was hij te oud voor dit dagverblijf. We moesten op zoek naar een school voor hem. Een korte periode is hij geplaatst geweest op een dagverblijf voor kinderen met een stoornis maar daar werd Ferry niet echt uitgedaagd. Na even doorzoeken kwamen we uit op de St. Mattheusschool in Rotterdam, een school voor SO en VSO – ZMLK en tevens kernschool voor kinderen met autisme. Het was alsof we in een warm bad stapten. Wat een passie voor kinderen met een ‘vlekje’. Wat een ervaringsdeskundigen en wat een liefde. De begeleiders wisten niet alleen hoe ze met kinderen als Ferry moesten omgaan, maar ze begrepen ook heel goed wat wij als ouders doormaken.